, [], Whether the Old Law set forth suitable precepts about the members of the household?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Wanneer ook iemand [34]zijn dienstknecht of zijn dienstmaagd met een stok slaat, dat hij [35]onder zijn hand sterft, die zal zekerlijk [36]gewroken worden. 34. Dien hij met zijn geld gekocht heeft, weshalve hij vs.21 zijn geld genoemd wordt. Maar met een Hebreeuwsen knecht had het veel een andere gelegenheid, gelijk te zien is Lev.25:38,39,40. 35. Dat is, terwijl hij slaat. 36. Te weten, van den Magistraat, die een wreker Gods is, Rom.13:4.